Specs ‘A wink at the moon’ een waar kroonjuweel

Hildebrand en Golsteijn beginnen aan hun laatste wedstrijd. Hopelijk geen streekderby, maar een echte interland. Ze komen met een ijzersterk elftal, het beste ooit. Een ding staat vast: er hoeft niet gewisseld te worden. Dit elftal schittert al op papier, vakmanschap van de meesters. ‘A wink at the moon’, ‘lest best’, Jips en Specs’ laatste huzarenstukje is echt om te smullen.

Specs Hildebrand had dit juweel zelf Nederland binnen willen smokkelen, maar het was niet nodig. Theo van Scherpenseel, alias Specs Hildebrand, creëerde en componeerde op teksten van wijlen Jip Golsteijn het juweel van een album geheel zelf. De elf songs tellende plaat is een hommage aan de beste en meest beruchte en gewaardeerde popjournalist van Nederland en misschien wel van de wereld, Jip Golsteijn. Specs brengt het album van hemel naar aarde en verrast daarmee waarschijnlijk vriend en vijand. Het album is ‘doorspecst’ met onvervalste Golsteijn/Hildebrand songs maar klinkt verrassend vernieuwend.

Specs en Jip werkten samen op elf albums. Met dit aantal is het schrijversduo de op drie na meeste productieve van de hele Palingsoundscène. Alleen BZN, Piet Veerman en The Cats blijven dit illustere tweetal voor. Na de dood van Jip heeft Specs in z’n eentje dit album opgenomen ter nagedachtenis aan zijn beste vriend. Sinds Specs bezig is met het opnemen van het album, volgden wij, de redactie van ‘One Way Wind’, de werkzaamheden op de voet. En op 11 juni 2004 werden wij door Theo uitgenodigd om het voltooide album te komen beluisteren.

Bij het beluisteren van ‘A wink at the moon’, de titel van het album, lopen, zonder theatraal en melancholisch te worden, écht de kippenvellen over mijn rug. Enkele maanden geleden had ik al eens een aantal songs gehoord en was destijds al zwaar onder de indruk. Met ‘A wink at the moon’ heeft Specs een meesterwerk in handen. Met het openingsnummer ‘Skulls in the desert’, dat absoluut tot een van mijn persoonlijke favorieten behoort, trapt Specs zeer sterk af, en schudt een hoop dood en verderf van zich af. ‘Skulls in the desert’ is een fantastische song met een lekkere meeslepende beat. Markant detail is dat aan het eind van het nummer Specs kleinkind even haar opa roept. Tijdens de opname was het kleinkind van Specs aan het kijken hoe opa het er vanaf bracht in de studio. Ze hield goed haar mond dicht, totdat ze dacht dat het afgelopen was. Specs laat met het ‘opa’ horen dat ook voor hem de tijd niet stil heeft gestaan.

Dat Specs kan rocken laat hij, net als op de openingstrack, ook goed horen op ‘You know your baby loves you (when she aims too high), en ‘What did I do’. De Volendamse gitaargod Evert Veerman (Jash) bespeelt en betovert de echte gitaarliefhebber met een aantal aan het verstand grenzende mooie gitaarlicks. Behalve Jash spelen de overige leden van Specs’ eigen band, The Living Room Band, mee op het album. Kees Steur en Hubert Knuvelder verzorgen de ritmesectie, en deze staat als altijd als een huis.

Met ‘Head, heart and feet’ horen we een bijna 54 jaar jonge en vernieuwde Specs. Dit lied kan met clip zeker worden uitgezonden bij CMT (Country Music Television). Het zou de lang verwachte internationale doorbraak kunnen opleveren. De op ‘Trouble comes cheap’ oe’s en aa’s zijn Cats-achtig en een vergelijking met The Eagles is ruimschoots op zijn plaats, waarmee aangeven kan worden dat het mondiaal klinkende album hoogstaand is. Bij het beluisteren van het album konden wij het bij ‘I Survived’ amper droog houden.

Het nummer waarbij Specs samen met niemand minder dan Piet Veerman de leadzang op zich neemt, is één van de hoogtepunten op het album.

‘The devil has come (to claim his own)’ is in meerdere opzichten een schitterend nummer. De tekst raakt je tot op het bot. Het gitaarspel van ‘good old’ Jan Akkerman is fenomenaal, zoals dat alleen door ‘s werelds beste gitarist gespeeld kan worden.

Ook rustige Specs-nummers zijn te vinden op het nieuwe album. ‘Crash course’ en het blues-nummer ‘Rearview mirror’ zijn fantastisch.

‘Stuck in Missoula’ is een typische western swing song. Een nummer in de oudste stijl die de country kent. Specs: ‘Jan Akkerman heeft me deze gitaartechniek bijgebracht. Ik denk dat het niet slecht klinkt. Jip was niet zo’n liefhebber van deze stijl, maar ik denk dat hij toch vol trots naar dit nummer zal luisteren, net als alle overige songs.’

Voor het opnemen van het album is er niet gekozen voor halfslachtig werk. De techniek en productie waren in handen van niemand minder dan Patrick Mühren, wie kent hem niet, en Specs zelf. De opnames vonden plaats in de Arnold Mühren Studio’s te Volendam. Enkele van Jips vertrouwelingen van het eerste uur hebben hun medewerking verleend bij het maken van deze cd. The Living Room Band en Specs Hildebrand ‘himself’ op gitaar en zang. De harmony vocals werden verzorgd door Berrie Maurer en Jaap Schilder (Koster). Piet Veerman (Koster) vertolkt een vocale gastrol op ‘I Survided’. Op toetsen speelde Ab Tuyp (Pet).

Voor de vaste aanhang en échte muziekliefhebbers is het album reeds te verkrijgen bij Jan Cas Sombroek en Harmen Cd Corner in Volendam. Omdat zich nog geen platenmaatschappij gemeld heeft, heeft Specs namelijk besloten het album in eigen beheer uit te brengen. Laten we hopen dat zich toch nog maatschappijen zullen melden voor dit bijzondere album. Hopelijk zijn er toch nog platenbazen die weten wat mooie muziek is. Jip verdient het om geëerd te worden.

Ik hoop dan ook dat er na het beluisteren van het album geen ongelukken bij EMI, Colombia, Arcade of een andere platenmaatschappij ontstaan met het naar de telefoon rennen om contact op te nemen met Specs.

Specs Hildebrand & the Living Room Band leveren met ‘A wink at the moon’ een nationaal, en hopelijk nog een internationaal, monument af voor Jip. Het moet alleen nog officieel geopend worden door de platenindustrie.

Specs is back. To honour Jip, with a little help from their best friends.

Michel Veerman in het oktobernummer van het magazine “One Way Wind”