COUNTRY

Heeft u ooit een countrynummer achterstevoren gedraaid? Het houdt dan op met regenen, je hond herrijst uit de dood, je chronische dorst wordt minder (geen tranen meer in je bier) en je slaapt weer in de armen van je teruggekeerde geliefde, in je eigen bed. Liefde geneest!
Ik ben dol op country. Vreugde en verdriet in enkele coupletten en een refrein beschreven. Simpele melodieën in drie- of vierkwartsmaat. Een snikkende tenor, een kreunende bariton of een hemelse sopraan die me, sober begeleid door een bas, (soms) drums, toetsen en (steel)gitaar, in de kleine uurtjes naar peilloze dieptes en grote hoogten voert. Dat lijkt allemaal erg traditioneel. Toch hebben vooral de artiesten die weiger(d)en de platgetreden paden van Nashville te bewandelen en het op hun eigen manier deden, mijn hart gestolen: Hank Williams, Johnny Cash, Waylon Jennings, Willie Nelson en Jerry Jeff Walker.

Net als aan het begin van de jaren ’70, moet je voor karaktervolle country tegenwoordig niet in ‘Music City USA’ zijn. De meeste muziek uit deze stad is verworden tot een dodelijk saaie eenheidsworst. Zangers en duo’s met grote hoeden op, gekneed door de platenbazen, begeleid door steeds dezelfde band (zo klinkt het tenminste), zijn slechts slappe aftreksels van ‘the real thing’. Vertolkers van goed geproduceerde, keurig gespeelde, slappe popmuziek. Op zijn best klinkend als ongevaarlijke rock ‘n roll. Niks aan, dus.

Met de countrymuziek in Nederland is het echter nog veel droeviger gesteld. Country in Nederland speelt zich voornamelijk tijdens jaarlijkse dorpsfeesten, vaak onder pakkende noemers als: “Saaihuizen goes country”. De lokale winkeliers, voor deze ene keer gekleed in spijkerbroek, houthakkersoverhemd en de onvermijdelijke hoed, hebben hun waar uitgestald in kraampjes en de lokale bevolking wandelt wat rond. In de buurt van enige hooibalen is een podium gebouwd waarop een band de muziek uit de bovenstaande alinea kopieert. Echter: in veel gevallen niet half zo goed gespeeld. Het kan echter nog erger. Sommige organisatoren deinzen er niet voor terug een karaoke-act op het podium neer te zetten. Het aanwezige ‘country publiek’ maakt het toch niks uit. Hun is verteld dat het country is en dan zal dat wel zo zijn. Trouwens: het klinkt beschaafd en gezellig en het staat gelukkig niet te hard!

Country in Nederland is beschaafd, gezellig en niet te hard. Kortom: alles wat het niet zou moeten zijn (zie: begin van dit editorial). Country in Nederland bestaat dus eigenlijk niet.

Specs, juli 2007